Rating: 4 sterren
16 stemmen

Heel lang geleden wisten de mensen niet wat bliksem was. Ook waren ze een beetje bang. Onweer moest wel het werk van de goden zijn!

Hier onder staan de bekendste goden der onweer.

Thor (Donar) is de Noorse god van de donder en bliksem

Hij is de zoon van Odin de Noorse oppergod.

En de broer van de verraderlijke Loki de god van list en bedrog.

Als Thor boos werd ging hij met zijn hamer Mjolnir slaan

dat deed hij zo hard dat het ging donderen.

Hij had een strijdwagen die werd getrokken door twee vliegende bokken

die reed zo hard dat de vonken er vanaf sloegen dat was de bliksem.

Zeus is de Griekse oppergod.

Hij is de god van de bliksem.

En de  zoon van Kronos de Titaan.

Zijn  bliksemschicht is gemaakt door drie cyclopen.

(reuzen met 1 oog)

Als hij boos is gaat hij met bliksemschichten smijten.

Jupiter is de Romeinse oppergod.

Hij is de god van de bliksem.

En de  zoon van Saturnus.

Als hij boos is gaat hij met bliksemschichten smijten.

Jupiter is dezelfde persoon als Zeus.

Bij de strijd om Troje kon de Trojaan Aeneas naar Italië ontsnappen daar

richtte hij de stad Rome op

Aeneas nam (bij wijze van spreken) de Griekse goden mee naar Italië maar hij gaf ze een andere naam en uiterlijk.

 

Seth is de Egyptische god

seth werd gezien als de god van de woestijn, chaos, onvruchtbaarheid,

van stof en kale grond en als een vijand van de mens.

Hij wordt afgebeeld als een mens met een dierenkop.

Seth wordt in sommige mythen echter ook beschouwd als de god die Ra elke nacht beschermt tegen de slangendemon Apophisals hij met zijn zonnebark door de onderwereld reist.

Deze reis was de verklaring die de Oude Egyptenaren gaven voor het ondergaan en weer opkomen van de zon.

 

In de middeleeuwen geloofden de mensen dat ze het onweer weg konden jagen.

Ze bedachten de raarste middeltjes! Een klavertje vier bewaren, een ezelskop boven op het dak zetten.

Of het ei van een zwarte kip over het dak gooien, een dode uil op de schuurdeur timmeren enz.!

Honderd jaar geleden luidde de klokkenluider de kerkklokken als er een onweersbui aankwam.

Het geluid van de klokken moest het geluid van de donderslagen tegenhouden.

Zo was het dorp beschermd tegen blikseminslag. Sommige mensen hadden thuis een schelletje.

Dat is een klein belletje. Ze luidden het bij onweer. Zo voelden ze zich veilig!